Dag 5: Bormio – Chiavenna. 129km.

Dinsdag, 24 juli 2012.

Om 9u20 laten we het gezellige stadje Bormio achter ons, terug een adres om te onthouden, zeker het mooie hotel San Lorenzo, wederom een zeer sympathieke ontvangst en een goede tafel.
Na bijna 10 vlakke kilometers, goed om de spieren los te maken, begint de col echt te klimmen voorbij het dorpje Isolaccia. Dirk en ikzelf vinden dadelijk de goede tred, boven na 1u30. Passo di Foscagno 23,5km, 2291m hoog.
Anekdote; Hugo vertelt ons zonder te blozen dat hij samen met zijn echtgenote vanuit Bormio tot Livigno en terug is gefietst. Alvorens wij grote bewondering kunnen tonen zegt hij: “en dit met ne fiets van 15 kilo”. Ik hem zeg: ” en gij fiets met ne carbon van geen 10 kilo”, waarop hij zegt: ” ’tja, goe genoeg, gewonnen met de tombola”. Micheline, dikke proficiat van ons allen!
We bevinden ons nu in het taks vrije Livigno, tot Livigno stad is het 13km met er tussen het colletje, Passo d’Eira, amper 3km. Na Livigno wacht de Forcola di Livigno, terug klimmen tot 2315 hoogte. We zien verschillende professionele fietsteams trainen maar we kunnen niemand erkennen. Wel merken we het kwaliteitsverschil als ze ons voorbij snellen. Later zal blijken dat we volgens Vincent, Balan en Cunego gepasseerd zijn. De laatste 4km zijn lastig, de wind staat er pal op kop. Lunchpauze. Pasta pomodori.
Het is reeds 14u en we moeten nog 85km. 4km afdalen tot grens Zwitserland en 4km klimmen tot Passo del Bernina, 2328m.
Verder dalen tot St. Moritz, draaien dan in westelijke richting en krijgen we strakke wind van voren. Voor ons is het afzien maar de vele zeilers, surfers en kitesurfers zweven met hoge snelheden over het water, voor hen is het echt fun. Tot de Maloja Pass, 15km, fietsen we  langs  mooie hoogtemeren. Rest ons enkel nog 31km afdaling tot Chiavenna. 1okm voor Chiavenna, grenspost, terug Italiaans grondgebied.
Tijd: 5u17, afstand: 129km, hoogtemeters: 2150, gemiddelde: 24km/u.

Dag 4: Zernez – Bormio. 102km.

Maandag, 23 juli 2012.

Het is reeds 9u20 als we aanzetten, vermoedelijk hebben we een beetje stress door het programma van de dag, 22km klimmen top Pass dal Fuorn, 2149m en 27km Passo dello Stelvio, 2758m hoog, de col der cols met zijn 48 haarspeldbochten vanuit Prato dello Stevio.

De eerste 3km van de Fuorn hebben een gemiddelde van 8,5%, verder is het een goede loper met na 6km zeven kilometer dalen en voorst 8km klimmen tot top waarvan de laatste 1,5km aan 9%.

Fuorn, 22km, 16,3km/u en 850 hoogtemeters.

Dan zetten we de afdaling in, na goed 10km hoor ik een sterk schurend lawaai. We vervangen eerst het voorwiel maar het geluid blijft, dus wordt ook het achterwiel vervangen. Luc, die achter me rijdt merkt op dat de ketting zonder te schakelen omhoog van de kronen komt. Achteraf vernemen we van de lokale fietsenmaker in Bormio dat er met dit type van wielen veel problemen zijn.

Nu de Stelvio, vermits we door bovenstaande problemen vertragingen hebben opgelopen is de afspraak dat we 10km op de col onze lunchpauze zullen houden. Bij het eerste restaurant toegekomen hebben we na goed 20 minuten nog niemand van het personeel gezien desondanks er mensen aan het eten zijn, dus 4km verder tot het volgende restaurant, gesloten! Nog 3km verder stop ik voor de zogezegde lunchpauze, keuken gesloten en iedereen behalve ikzelf beslist dan maar verder te rijden en dit nadat ik juist soep met brood, het enige nog verkrijgbare, besteld heb.

Na goed een half uur zet ik ook mijn beklimming verder, nog 10km te gaan. Mooi maar zwaar. De vergezichten op de gletsjer zijn echte prentkaarten, by the way, het is eindelijk schitterend weer!

Dan rest ons de mooie afdaling tot Bormio, onderweg passeren we prachtige watervallen dewelke meermaals uitnodigen tot stoppen. Het is wel opletten in de vele tunnels, ze liggen nat en met bochten erin.

Afstand: 104km, tijd: 5u18, 2800 hoogtemeters, gemiddelde: 19,40km/u.

Dag 3 Wildhaus – Zernez. 116km.

Zondag, 22 juli 2012.

Iets na 9 gaan we van start, Zernez is onze volgende bestemming. Het heeft de ganse nacht geregend maar een half uur voor we vertrekken klaart de hemel open en schijnt de zon doorheen de mist wat mooie vergezichten oplevert.

Vanuit Wildhaus is het 10km afdalen tot Gams, verder tot Buchs waar we de Rhein oversteken en fietsen we zo op Liechtensteins grondgebied. We doorkruisen de steden Vaduz, Triesen en Balzers, hier volgt ons eerste colletje, de Engpass, amper 230 hoogtemeters.

Voorbij Malans fietsen we door wijnvelden op een smal fietspad, 2km verder wordt er getwijfeld, het asfalt gaat over in grind, gelukkig ligt het er niet te nat en beslissen we om er door te rijden. We fietsen nu richting Davos, grotendeels over fietspaden tot Klosters waar we onze lunchpauze houden. 5km voor Klosters krijgen we nog een felle regenbui wat de temperatuur in geen minuut 10 graden doet dalen. We hebben dan 75km en 1050 hoogtemeters.

8 klimmende kilometers tot Davos, dan begint het echte werk, de Flüelapass, 2383m, 13km, de wind en het stijgingspercentage maken deze col zeer lastig.

Boven aangekomen krijgen we lichte sneeuwval, hagel en veel wind te verwerken. Op de toppen ligt nog sneeuw, we vertrekken dadelijk aan de afdaling, koud, het is bibberen in de afdaling maar eens we terug op de hoogte van 1800m komen, fietsen we terug in het zonnetje, het blijft desondanks koud.

Tijd: 5u30, afstand: 117km, gemiddelde: 21km/u, hoogtemeters: 2470m.

Dag 2: Busingen – Wildhaus. 126km.

Zaterdag, 21 juli 2012.

Gisteren nadat we anderhalf uur in het hotel aangekomen waren begon het fel te regenen, wanneer we om 22u30 de tafel verlaten is dit nog steeds zo, maar de waard van het Alte RheinMühle hotel stelt ons gerust, de volgende dagen zal het steeds beter worden.

We fietsen vandaag over onze eerste col, 11km vanuit Urnäsch, de Schwägalp.

9u10 we zetten aan, licht golvend tot Zellersee, mooi, rustig, en op meerdere plaatsen loopt een mooi fietspad paralel met ons parcours.

Kleine anekdote; na 45km halen Brigitte en Vincent ons in, zij hebben van het hotel en onderweg nog wat foto’s genomen, op hetzelfde moment stopt Dirk om een steentje te verwijderen uit zijn voorwielband, Hugo neemt over en trekt sterk door, eens hij Vincent gepasseerd is en als eerste op de foto staat doet hij teken om terug over te nemen. 🙂

In de stad Konstanz aan de Bodensee is het opletten omdat de GPS ons over wegen stuurt verboden voor fietsers. We schakelen het menselijk oriëntatievermogen in en fietsen vlot de stad uit. Na Konstanz gaat onze route in zuidelijke richting tot Gossau. Hier houden we lunchpauze; tagliatelle carbonara, gebak en koffie. Het is dan nog 50km.

We fietsen dan verder tot Urnäsch, hier start onze eerste col, beklimming met een hoogteverschil van 520m, de Schwägalp. In de eerste 5km klimt de weg amper 150m,  dan volgt een strook van 3km met een gemiddelde van 8,5% en pieken tot 11%, het laatste deel is zeer afwisselend met vlakkere stroken. Het enige spijtige is dat het volop aan het gieten is, leuk is anders! Na 10km afdaling is het terug licht  bergop tot Wildhaus onze eindbestemming.

Afstand: 127km, gemiddelde: 23km/u, hoogtemeters: 1490m, tijd 5u30.

Dag 1: Olten – Busingen. 95km.

Vrijdag, 20 Juli 2012.

Van Links naar rechts; Jan, Hugo, Luc en Dirk.

Olten, 7u30, na een stevig ontbijt moet er eerst nog wat geknutseld worden, bagage voor zes man,  een reserve fiets, het nodige fietsmateriaal, wielen e.d., alles moet in de BWM van Vincent en Brigitte alvorens we van start kunnen gaan. Vincent en Brigitte zijn weer onze fotografen van dienst en begeleiden ons; Hugo, Luc, Dirk en mezelf 11 dagen door Zwitserland.

Om 10u zetten we aan, maar het zal door werken toch een half uur duren voor we Olten uit fietsen. Tot Baden fietsen we langs de Aare, het parcours is licht heuvelachtig met vele mooie verte gezichten maar soms ook wel met druk verkeer. Na Baden fietsen we in noordelijke richting en steken we vele malen de Duits – Zwitserse grens over.

Even voor we de eerste maal Duistland binnen rijden houden we lunchpauze in Kaiserstuhl. We worden door de bazin van Hotel Restaurant Kreuz zeer sympathiek ontvangen, lokaal visje, gegrilde patatjes met ratatouille, lekker!

Een uurtje later zetten we terug aan, we moeten dan nog goed 35km fietsen, het zullen er 40 worden, maar het ommetje tot de mooie Rheinfall in Neuhausen mogen we niet missen. Dan is het nog 9km fietsen tot Busingen. Busingen is een Duitse enclave, volledig omringd door Zwitsers grondgebied. Auto’s mogen zowel een Duitse als Zwitserse nummerplaat dragen.

Hotel: Alte RheinMühle, Busingen.

Parcours; 100km, 4u10, 1200 hoogtemeters, gemiddelde 24,2km/u.

Dag 1: Oberwieden – Utzenfeld – Belchen – Oberwieden. 33km.

Vrijdag, 25 mei 2012.

Vanuit Schiplaken vertrekken we om 7u15 richting Oberwieden. Van daaruit zullen we 5 dagen vertrekken per fiets om de omgeving te ontdekken. We overnachten in Berghotel Wiedener Eck.

Oberwieden is gelegen in het Zwarte Woud op 1040 meter boven zeeniveau. Ons hotel ligt op de top wat ervoor zorgt dat we op het einde van de dag (rit) steeds nog een stevige klim moeten overbruggen van 600 hoogtemeters. We worden telkens dan weer wel beloond met een mooi panoramisch zicht over Wieden en zijn vallei.

Om 15u00 gaan we met z’n allen van start voor onze eerste fietstocht, een zogezegd “in fietsen” ritje van 33km waarvan de helft dalen en de helft klimmen is. Onze sympathieke routeplanner Alain schotelde ons welgeteld één vlakke kilometer voor.

Oberwieden, eerst 11km afdalen tot Utzenfeld langs de L123 waarna we rechtsaf draaien. Na één kilometer terug rechts de L142 op, klimmen tot aan de afslag van de Belchen, onze top van de dag. Al vlug valt de groep uit elkaar en klimmen we in kleine groepjes naar boven. Het is warm en lastig  maar ook door de autorit van bijna 600km geraak ik moeilijk vooruit.  Tevens zijn het ook mijn eerste klim kilometers van het jaar. We fietsen vandaag  950 hoogtemeters bijeen op amper 16km, niet slecht dus! Voor we de laatste 3km naar de top aanvangen moet er nog 500m, niet geasfalteerd, gereden worden. Van op de Belchen hebben we een prachtig uitzicht op de Alpen, Jura en de Vogezen. Er rest ons nu nog de afdaling terug tot aan de L142/K6341 waarna we linksaf slaan richting Oberwieden. Daarna nog 2,5km klimmen en 2km afdalen tot aan het hotel.

Route

 

Voor het bekijken van de korte fietsfilm klik hier

Om meer details van de route te bekijken klik hier

 

 

 

Dag 6: Gérardmer – Le Val d’ Ajol. 130km.

Donderdag 2 juni ’11.

Afstand: 130km. Gemiddelde snelheid: 22,4Okm/u. Hoogtemeters: 2389m. Tijd: 5u49.

Na een stevig ontbijt, het betalen van de hotelrekening en het laden van de bagage vertrekken we te samen met onze volgers, begeleiders , Caroline, Toon en Roel voor de laatste rit tot Le Val d’ Ajol.  Jos, Yves, Pieter, Alain, Marc  en ikzelf hadden gekozen voor het zesdaagse programma, twee dagen langer fietsen in de Vogezen met vandaag misschien wel de zwaarste etappe door ondermeer de beklimming van de Ballon d’ Alsace en de Col du Ballon de Servance.

Vanuit Gérardmer volgen we terug de D486 tot La Bresse  over de Col de Grosse Pierre, verder via Cornimont, via de Col du Ménil tot Le Thillot. Om de drukke grote baan te vermijden fietsen we voor Le Thillot linksaf maar wat we niet wisten, klimmetje met percentages tot 12%. Daarna volgen we een oude treinbedding tot aan de voet van de Ballon d’Alsace. Vlug een sanitaire stop, drinkbussen bijvullen en weg zijn we voor een klim van 9km, een hoogteverschil van 620m en een gemiddelde stijging van 6,9%.

Dit is een col waarvan vele zullen zeggen, “een goede loper”. Bij deze beklimming kan je perfect van begin tot einde een mooi zelfde tempo aanhouden, er zijn haast geen verschillen in de hellingsgraad over de hele lengte van de col.

Als beloning krijgen we een 16km lange afdaling tot Giromagny. Tijd voor de lunch, Paella, bij gebrek aan beter. De terrassen van de enkele café-restaurants zijn overwegend ingenomen door fietsers.

Een groep Nederlanders en Fransen waarvan we van sommige zeggen, “ da zien er geen simpel mannen uit “ zullen een tiental minuten voor ons vertrekken aan de Ballon de Servance. Eerst volgen we gedurende 8km de D12 tot Plancher-Bas, de temperatuur is opgelopen, het eten nog niet goed verteerd en deze weg is golvend met afwisselend toch wel enkele steile stukken, het doet de benen zwaar aanvoelen  en de echte klim moet dan nog beginnen. Gelukkig nadat we rechts afslaan op de D16 richting Ballon de Servance krijgen we gedurende een zestal kilometer de tijd om in te fietsen en het goede ritme te vinden.

Eén kilometer voorbij het dorpje, Plancher-les-Mines, passeren we voorbij hout sculpturen, hier begint de werkelijke klim.

De eerste 7kms klimt het stijgingspercentage tot maximaal 4,6%, maar dan loopt de hellingsgraad op tot meer dan 10% voor een afstand van 4km. Gelukkige daalt het percentage in de laatste 2km terug tot 5 à 6 procent. Zeer mooie rustige klim door loofbos, eerst zacht oplopend, langs een riviertje, wanneer er scherp links wordt afgedraaid gaat het percentage sterk de hoogte in en wordt de weg een stuk smaller, verkeer in twee richtingen is hier niet mogelijk! Het asfalt in de richting van de Col des Croix, voor ons de afdaling, ligt er vrij hobbelig bij, opletten is hier de boodschap!

Vanaf de Col des Croix volgen we de D57 tot de Col du Mont de Fourche. Gedurende 11km fietsen we op een hoogte variërend tussen de 6 à 700 meter, het tempo gaat sterk de hoogte in, tot 40km/u, je kan dit stuk het best vergelijken met de Route des Crêtes maar dan 500 meter lager. We kijken rechts van ons neer op de vallei van de Moezel. Een kilometer of twee voorbij de Col du Mont de Fourche slaan we linksaf tot La Rosière, een steile afdaling, maar gevold door een nog steilere klim, stukken tot 18% en dit bijna op het einde van de rit. Het is vechten met de pedalen om de goede cadans tot de top te behouden, boven aangekomen dadelijk terug een steile afdaling en weer omhoog, één kilometer met een gemiddelde van 10%. Daarna is het nog 6km afdalen tot Le Val d’Ajol, de eindbestemming van onze Schiplaken – Vogezen fietstocht.

Er zitten nog “snelle jongens” in ons hotel.

 

Dag 5: Gérardmer – Gérardmer. 95km.

Woensdag 1 juni ’11.

Tijd: 4u24. Hoogtemeters: 1900. Afstand: 95km. Gemiddelde: 21,40km/u

We vertrekken later dan voorzien, vanaf 10u zou het ophouden met regenen, het is koud en mistig. Als eerste cols van de dag, 15km vanuit Gérardmer, beklimmen we de Col de la Schlucht, 4,3 gemiddeld percentage.

Boven toegekomen slaan we rechtsaf op de Route des Crêtes, D430, het is nog kouder dan gisteren, 2 graden, regen, veel mist en wind. Normaal zouden we afdalen tot Munster maar gezien de omstandigheden moet de rit weer worden ingekort. Niet het klimmen maar de lange, koude en natte afdalingen willen we vermijden.  22km tot Le Markstein waar we terug bij de vriendelijke dame stoppen voor soep en pasta. Eerst dachten we nog om tot de Grand Ballon te fietsen maar bevroren voeten en vingers deden ons van gedachte wisselen.

Nadat we de innerlijke mens gesterkt hadden en onze lichamen terug opgewarmd waren dalen we af tot Kruth. Hier slagen we rechtsaf, de D13b op, 7km klimmen tot top Col d’Oderen, 4km aan 5% en 6% en 3km van 6 tot 8%. Het is een mooi goed lopend nieuw asfalt, we fietsen naar boven met een stevig tempo maar desondanks dit alles willen de benen in de laatste drie kilometer niet meer mee en draait alles wat vierkant. Is het de koude of is het gewoon een slechte dag, wie zal het zeggen.

Dan is het 11km afdalen tot Cornimont. De zon laat zich zien, het is opgehouden met regenen en de wegen liggen er terug droog bij als we aan de voet van de steile Col du Brabant beginnen. Vanuit Cornimont, 5,6km, 6,8% gemiddeld waarvan 1km met meer dan 9%. Meer dan een kuitenbijter dus!

Afdalen tot La Bresse en dan terug richting Gérardmer, 15km via  de Col de Grosse Pierre en de Col du Haut de la Côte. Het is 18uur als we terug aan het hotel komen.

Na een verkwikkend warm badje en een frisse pint, gaan we om 20u10 aan tafel.