Dag 5: Oberwieden – Tegernau – Oberwieden.

Dinsdag, 29 mei 2012.

Na afscheid te nemen van onze fietsvrienden,de Bosbeekbikers uit Schiplaken, vertrekken Marc, Wim en ikzelf nog voor een zogezegd makkelijk fietstochtje. Een rit van goed 60km; niets in vergelijking met de voorbije dagen. Zeven BBB, Jos, Yves, Pieter, Toon, Alain, Tony en Tim  zetten hun fietstocht nog 3 dagen verder in de Franse Alpen. Ze vertrekken met de auto vijftien minuten na ons en nadat wij goed 25km gefietst hebben halen zij ons met de wagen in. De rest van de BBB rijdt rechtstreeks met de auto naar huis, Schiplaken.

Marc, Wim en ikzelf konden terug eerst genieten van de 10km aangename afdaling richting Utzenfeld. Verder via Wembach en Mambach tot Zell-Im Wiesental, steeds in dalende lijn. Wanneer we afslagen richting Tengernau, geen uurtje nadat we vertrokken zijn, en we hebben dan bijna de helft van onze rit gefietst, moet er 5km geklommen worden met percentage van 14% tot Gresgen. Daarna is het steil afdalen tot Tengernau, waar we rechtsaf draaien, we volgen de L139 voor 10km tot Neuenweg. Het is volop genieten van het zacht oplopend asfalt, licht valsplat zeg maar. Onze route kronkelt zich bijna evenwijdig met een bergriviertje hetwelk we wel minstens tienmaal kruisen.  Een kilometer  voorbij Neuenweg draaien we scherp rechtsaf en volgen we de L131 tot Böllen. De Percentages van onze te volgen weg loopt gestadig op tot 10% maar deze zullen later in het niets verdwijnen, we wisten dan nog niet wat er nog zou komen.

Böllen, na een korte afdaling, slaan we linksaf, de weg wordt smal en zeer steil. Als we één kilometer verder een bergriviertje over rijden gaat de weg over in een bosweg met scherp uitstekende stenen. Het is op en neer, steil tot 15%, we beslissen verder te rijden, terug is 25km meer en we hoopten tussen 12 en 13u00 te kunnen vertrekken aan het hotel met de auto naar huis. 10 minuten verder meldt een bord “Levensgevaarlijk! Op Politiebevel verboden doorgang!”, ik daal voorzichtig af tot bij de boomhakkers met de boodschap: hoe geraken wij naar Oberwieden? Terug gekomen bij Wim en Marc meld ik hen dat er geen doorkomen is, we bekijken de route op onze GPS-toestellen en zien dat er nog een andere route (bosweg) loopt die ons tevens naar de hoofdbaan leidt. Nu is het bospad op zijn steilst, het is moeilijk vertrekken en nog lastiger om recht te blijven. Wim zal dit later ondervinden en valt gelukkig naar de bergkant, enkele geschaafde huidplekken, versnelling beschadigd maar we geraken toch over het hoogste punt. Dan volgt een steile afdaling… knal! … mijn achterband scheurt, gelukkig blijf ik recht. Het kapotte binnenbandje leggen we dubbel in de buitenband en ik zet niet te veel spanning in de nieuwe binnenband. Voorzichtig dalen we verder af tot de hoofdbaan, L142,  het bolt terug lekker desondanks de weinige spanning in mijn achterband. Nog 5km tot aan het hotel, 2km dalen incluis… we hebben onze zogezegde rustige recuperatie rit erop zitten!

Dag 4: Oberwieden – Sankt Peter – Kandel – Kirchzarten – Oberwieden.

Maandag, 28 mei 2012.

Vertrek 8u45, kwartiertje eerder dan de voorbije dagen. We maken vandaag de langste etappe, 131km met 3150 hoogtemeters. Afdalen via de L123 tot Utzenfeld waar we nu linksaf slaan op de 317 tot Todnau. Vanaf hier is het klimmen, we volgen de L126, tot Hochschwarzwald. De weg is breed, het asfalt bolt lekker en het stijgingspercentage loopt nooit boven de 8%. We fietsen een beetje op reserve en, met uitzondering van enkele mindere goden, in groep naar boven. Boven aangekomen staat ons een lange afdaling te wachten, 17km tot Kirchzarten, verder een tiental vlakke en licht oplopende kilometers. Na Stegen, L127, start Kandel, 1206m, in bijna 16km stijgen we 900m en na Sankt Peter, halverwege de col, volgt een korte afdaling. Nog voor Sankt Peter fietsen we met vier voorop, Alain, Marc, Tim en ikzelf maar wanneer we de laatste 5km ingaan is het genoeg geweest voor Alain en trekt hij het gashendeltje open. Marc en ik weten dat Tim ook sneller kan maar hij geniet er van ons uit de wind te zetten en te samen naar de top van de col te fietsen. Boven krijgen we een prachtig vergezicht op Waldkirch, Colmar en de Vogezen. We dalen in dezelfde richting af vanwaar we gekomen zijn en iets voor Sankt Peter houden we onze middagpauze.

Via de L127 fietsen we tot St. Märgen, dan volgen we de L128. Deze prachtig, golvende landelijke weg loopt op tot 1050m, het is genieten want we beslissen deze in groep te beklimmen. Na tweemaal kort na elkaar rechtsaf te slaan volgt een 16km lange afdaling via de mooie maar smalle K4907 tot Buchenbach. Even verder beginnen we aan de vierde helling van de dag, 16km klimmen met 850 hoogtemeters. Tot Oberried klimt de weg gezapig, de eigelijke klim is goed 7km maar wel met pieken van 10 en 11%. Na de afslag, L124, klimt de weg nog verder met een gemiddelde van 3 %.  Het is afzien op de steilere stukken, maar gelukkig was ik rustig aan de 16km lange klim begonnen, en was het toch nog een beetje genieten tot boven. Korte rustpauze, drinkbussen bijvullen en terug weg voor het laatste deel van de rit, 7km steil afdalen en 8km bergop richting Oberwieden aan 6%. Moe maar voldaan!

Dag 3: Oberwieden – Freiburg – Todtnou – Feldberg – Oberwieden. 107km.

Zondag, 27 mei 2012.

9u, we staan zenuwachtig klaar om te vertrekken, na een afdaling van 8km moet er 7km geklommen worden, maar dewelke! Van 600m boven zeeniveau moeten we in 7km naar 1160m fietsen, een gemiddelde van 8%, niet erg denk je dan, wezen het niet dat de eerste 3 kilometers een gemiddelde van bijna 12% halen met pieken tot boven de 20%. Zonder veel opwarming is het zwoegen, trekken, stompen en hopen de pedalen draaiende te houden tot voorbij deze 3km. Enkele BBB beslissen deze echt wel nijdige klim over te slaan, gelijk hebben ze, dit is naar boven kruipen i.p.v. fietsen. De verschillen zijn dan ook groot tussen de eerste en de laatste fietser, maar eens boven zijn we allen tevreden dit gedaan te hebben.

We volgen even de L124 richting Todtnou en slaan na 1km linksaf richting Oberried, het is bijna 25km afdalen tot Freiburg, leuk de kilometerteller dikt snel aan en de gemiddelde snelheid gaat goed de hoogte in. Vanaf Freiburg, hoogte 280m, draait onze route in zuidelijke richting en moet er 15km geklommen worden tot Schauinsland, hoogte 1160m.


Na de afdaling houden we halte voor onze lunchpauze in Todtnou. Van hieruit vertrekt de klim naar Feldberg, eigenlijk niet echt geschikt voor fietsers, drukke brede baan met veel snel verkeer. Met de motor oké maar met de fiets, neen. Boven wordt er verzameld, we fietsen samen in de richting vanwaar we gekomen zijn tot Todtnou. Door wegenwerken worden we 3km omgeleid over een onverharde weg naar Utzenfeld waar we met z’n allen de laatste 10km tot Oberwieden aanvangen.

Dag 2: Oberwieden – Niederweiler – Tegernau – Happach – Oberwieden. 116km.

Zaterdag, 26 mei 2012.

7u30, stevig ontbijt bestaande uit vijf gangen: fruit, muesli, brood met spek en eieren, brood met ham en kaas, lekkere veenbessen confituur en yoghurt. We zullen het nodig hebben, onze routeplanner Alain voorspelde voor vandaag bijna 3700 hoogtemeters. Voor zij die de volledige rit reden gaf de hoogtemeter 3250 aan. Voor Yves en mezelf, wij namen voldoening met het behalen van juist geen 3000 hoogtemeters en fietsten 6km minder. We dachten aan wat er de volgende dagen nog moest komen!

09u00, vertrek, eerst 10km afdalen tot Utzenfeld, waarna we terug verzamelen en rechtsaf draaien richting Wembach, 8km zacht dalend. Vanaf Wembach start onze  eerste helling van de dag, goed 15km klimmen in twee delen met een korte afdaling ongeveer halverwege. Mijn Garmin geeft meldingen tot 11% en dit zowel in het eerste als in het tweede deel van de col, maar de benen voelen goed, de zon is van de partij, de verte gezichten zijn prentkaarten en het gezelschap nog beter. Wat willen we nog meer. Het is natuurlijk nog maar het begin van de rit, ik ben er zeker van dat het moeilijkste nog moet komen!

Juist voor we aan de afdaling beginnen merkt Jos, de oudste van de groep, dat hij plat staat, 5km verder rijdt hij weer lek. Gelukkig heeft Jos veel fietservaring en blijft hij recht op de fiets. Het is dan al zijn derde lekke band en dit in amper twee dagen  met geen 6okm op de teller. We merken dat het lint tussen het wiel en de binnenband los en geplooid ligt, maar door de tussenkomst en vakkundigheid van Marc VD wordt dit snel opgelost.

Niederweiler, enkele kilometers voor Mülheim, is op onze route het meest westelijke punt. We draaien dan in oostelijke richting en volgen de L132, het is dadelijk klimmen met stijgingspercentage van 7 en  8%. Wanneer we 3km verder linksaf, de L140, opdraaien begint echter het serieuze werk, 6km met stijgingen tot 11% wat er dadelijk voor zorgt dat onze groep volledig uiteen spat. Aan de splitsing met de K4948 wordt er gewacht vooraleer de groep aan de laatste 3 kilometers van de beklimming van de Hochblauen begint. Yves en ikzelf  beslissen deze 3km op, en dezelfde 3km terug, over te slaan en rustig verder te rijden tot Tengernau waar we onze middagpauze  houden juist voor het dorp op een mooi stuk grasperk met fonteintje. De zon staat hoog en het kwik stijgt tot 30°.

Tengernau ligt in een dal op een hoogte van 440m, dus met een nog volle maag 3,5km klimmen tot Gresgen, steil tot 12%. We volgen terug de L140 en dit tot Zell-Im Wiesental waarna we linksaf de grote baan, B317  op fietsen tot Mambach. Vanaf hier is het 15km klimmen, al vlug rijden Tony en ikzelf weg van de groep, we houden het tempo hoog en dit tot 2km voor de top. Tony gaat op zijn elan verder maar ik beslis de laatste 2 kilometers uit te peddelen. Tony zal dit later op de dag al moeten bekopen en zal hier ook de volgende dagen nog hinder van ondervinden. Na nog twee korte hellingen dalen we af tot  Schönau Im Schwarzwald en verder tot Utzenfeld. Hier begint onze laatste beklimming van de dag, 10km met een hoogteverschil van 540m, een gemiddelde van 5,4%. Makkelijk? Ja, maar  het tempo ligt hoog en het duurt niet lang of er haken enkele af. Als Alain zich op kop zet gaat de snelheid nog wat hoger,  afhaken dan maar, niet erg, eigen tempo en genieten van de mooie natuur!

Dag 11: La Chaux de Fonds – Olten. 109km.

Maandag, 30 juli 2012.

Start 8u, laatste etappe van onze Ronde van Zwitserland.

Veel tijd om in te fietsen krijgen we niet, La Chaux-de-Fonds, 2km, dadelijk tot 1085m, de route is golvend via La Ferrière, Saignelégier, Bassecourt, we blijven voor het grootste gedeelte op een hoogte van 1000m fietsen. Na 70km, gemiddelde snelheid 29,6km/u en 600 hoogtemeters tot Chatillon.

Vanaf dan gaat het gemiddelde sterk omlaag, Col de Schelten, bord met melding: “verboden voor auto’s met aanhangwagen”, voorspelt dus steile passages. De weg loopt bijna loodrecht, in trapjes omhoog met pieken tot 18%, enkel in de laatste 2km zitten er enkele haarspeldbochten, mooi, langs riviertje oplopend met op het einde prachtige vergezichten, zware beklimming!
10km afdalen tot Mümliswil, terug klimmen tot Langenbruck, 330 hoogtemeters, afdalen tot Langenbruck, laatste 80 meter klimmen, dan is het enkel nog afdalen tot Olten, 12u45, onze eindbestemming.
Tijd: 4u25, gemiddelde: 24, 9km/u, 1450 hoogtemeters, afstand: 111km.

Dag 10: Morlon – La Chaux de Fonds. 129km.

Zondag, 29 juli 2012.

Gisteren hebben we het hooggebergte verlaten wat niet wil zeggen dat er vandaag niet geklommen moet worden. Hotel-Restaurant Le Gruyérien, gelegen aan het Lac de Gruyère, is zeker weer een adres om te onthouden, het ontbijt is super! Het is geen luxueus hotel, de kamers zijn net, een rustige ligging met mooi uitzicht op het meer  en het eten is prijs/kwaliteit zeer goed.
9u40, het regent nog een beetje als we aanzetten maar de richting waarin we fietsen vertonen al vlug blauwe plekken doorheen de wolken en een uur later fietsen we in de zon. Voor de rest van de dag is het afwisselend licht tot zwaar bewolkt maar we houden het droog.
Het parcours is golvend en landelijk, via Bulle, Romont, Lucens tot Yverdon aan het Lac de Neuchâtel. Dan volgt onze eerste col van de dag, via Ste Croix tot Col des Etroits, 1153m.
We zijn dan al wel een dagje ouder, maar we blijven haantjes!
De eerste 4km rijden we te samen omhoog, eens de klim steiler wordt verkiest Hugo zijn eigen tempo te rijden, dan nog met drie. 2km verder grijpt Drik zijn kans, ik laat het gat vallen maar Luc blijft zitten, als ik versnel om Dirk te grijpen kruipt Luc mee in mijn wiel, achter ons rijden nog enkele fietsers die ook versnellen.
Eens bij Dirk gekomen versnelt hij terug, ik laat terug het gat vallen, niemand neemt over. Terug dan maar versnellen, de anderen passen, bij Dirk gekomen moet ik wel een kilometer bij hem in het wiel blijven om te recupereren. De wind staat pal op kop, Dirk en ik wisselen geregeld en het gat met de anderen wordt groter, tegen 18km/u rijden we tot top!
Verder 10km afdaling tot Buttes, Lunchpauze.
Dan wijken we af van het traject, na 100km krijgen we een klim met 360 hoogtemeters op amper 4km, stevig! Nog 20km te gaan, vals plat tot 3km voor de eindbestemming, La Chaux-de-Fonds, slaan we linksaf, verboden voor auto’s, de weg wordt smal, klim aan 13%.
We bereiken hotel Chez Gilles om 17u25.

Dag 9: Sion – Morlon. 133km.

Zaterdag 28 juli 2012.

Vandaag, een hilarische rit om nooit te vergeten!

Sion, ontbijt, pas vanaf 8u00, regen, de motivatie om te vertrekken is dus niet groot, maar eerst nog even iets over gisteren. Hugo was, voor we in de bar van het hotel hadden afgesproken, het centrum van Sion gaan verkennen. Het oude stadsgedeelte is mooi met vele smalle steegjes en dus gezellig om te vertoeven. Hij ontdekte er een gezellig restaurant en stelde voor er te gaan eten, hetwelk we ons achteraf niet hebben beklaagd, verzorgd terras met plataanbomen, echt zuiders vakantie sfeertje maar vooral met lekker eten.

9u30, start, na 10km krijgen we een opwarmertje, 1,5km en 170 hoogtemeters, het regent nog steeds maar gelukkig is het niet koud, daarna tot kilometer 48 is het vlak en wanneer we in de noordelijke richting draaien krijgen we de wind in de rug, de gemiddelde snelheid ligt hoog maar dan…

Via Vasselin en Le Châtel tot Bex, stevig klimmen met stroken boven de 12%, maar wat nog moet komen, dit heb ik nooit eerder gefietst! Voor de kenners van Herentals – Alpe d’Huez, die zouden het een “Frans Lambaertje” noemen, voor de fietsvrienden van de Bosbeekbikers, een Alaintje, neen, dit is echt het strafste wat ik ooit omhoog ben gereden. De route die ik via de Garmin gps ingebracht had, en tegelijk bekeken had via Michelinkaart, groen gearceerd, was voor de gewone wandelaar zelfs te zwaar. Route onderbroken, afbeelding van een mountainbike i.p.v. een racefiets, Dirk zegt nog: “dit voorspelt niet veel goeds”, maar we gaan ervoor. Na 2km, het lijkt eerder op een bospad, gaat de weg steiler met eerst 14%, even later 18%, dan is de weg onderbroken en moeten we van de fiets. We fietsen desondanks verder, we steken geregeld, op smalle bruggetjes, het steile riviertje over, prachtige watervallen! Eigenlijk is dit een steile gorges van amper 20 meter breed waar dat men een smal asfalt heeft aangelegd. Vincent en Brigitte, ze zouden hier minsten 200 foto’s geschoten hebben, wij, wij kunnen amper recht blijven, dus hiervan geen foto’s. Dan volgt een bord met de melding “24%”, tot viermaal toe denken we boven te zijn, niks daarvan, het is kruipen, stompen, alle hens aan dek om recht te blijven. Allen moedigen we Hugo aan, knap en zonder morren dat hij dit op fietst!

Eens terug op de grote baan fietsen we richting Villars Sur Ollons. Hier houden we een korte stopt om de innerlijke mens te sterken. Dan trekken we verder tot de top, Col de la Croix, 1779m, lastig, ik zie stijgingspercentage tot 12%.

Luc en Dirk ter hoogte van de passage met 13% op de Col De La Croix.

Afdalen tot Les Diablerets, linksaf richting Château d’Oex, dan volgt de Col Des Mossen,1445m. De rit zit er dan bijna op, nog 31km te gaan tot Morlon.

Afstand: 133km, hoogtemeters: 2380, tijd: 5u58, gemiddelde: 22,3km/u

Dag 8: Airolo – Sion. 149km.

Vrijdag, 27 juli 2012.

Voor vertrek nog even de rekening van het hotel Forni Airolo regelen, we zijn wel verontwaardigd over de rekening, 60 sfr voor een klein wasje waardat men in de vorige hotels 5 en 10 sfr vroeg, een uurtje wifi; 10 sfr, waar het gratis was in alle voorgaande hotels. En dan heb ik het nog niet over de ligging van het hotel, station.
8u30, start voet Passa della Novena, op één na, hoogste col van Zwitserland en vele malen opgenomen in de echte Ronde van Zwitserland, 23,5km, de eerst 10km zijn vals plat en Hugo gaat er van door, hij rijdt verder van ons weg en treft een metgezel om naar boven te fietsen.
Als de col steiler wordt fietsen we hem voorbij, de laatste 10km zijn zeer lastig, de zon steekt en we hebben geen boom beschutting. Onderweg zien we percentage’s van 12,5 en 14%.
2km voor de top demarreert  Luc, Dirk en ikzelf kijken elkaar aan, wat bezielt dienen? Ik por Dirk aan om mee te versnellen, Dirk laat even begaan. We fietsen zoals in de echte ronde, de laatste 2km op het groot blad, voor de kenners, met een compact, maar wel aan 30km/u, naar boven. Luc kraakt, Dirk zal Luc in de laatste 500 meter nog passeren. Luc krijgt 40 seconden aan z’n broek gesmeerd! In achterwaartse volgorde bereiken we de top, Luc, Dirk, Jan.
Tijd: 1u47, 13,1km/u, top col: 2496 hoogte, hoogteverschil: 1260 m.
Afdalen tot Ulrichen, linksaf,  de baan daalt nog verder maar er moet geregeld nog stevig geklommen worden. Even voorbij Brig in de stad Visp, Lunchpauze na 82km.
Door de hitte, 38 graden, beslissen we de klim tot  Crans Montana niet op te fietsen.   Volgen dan richting Sierre en fietsen zoveel als we kunnen van de grote baan weg. 2 km voor Sierre slaan we rechtsaf richting Leukerbad, 2km aan 9%, een bord geef 42 graden aan. We fietsen door de wijnvelden  van Sierre en in de afdaling lijkt het of er een haardroger op onze lichamen blaast.
Desondanks toch nog een rit van 135km met 1850 hoogtemeters.

Dag 7: Biasca – Airolo. 118km.

Donderdag, 26 juli 2012

Vandaag rijden we onze koniginnenrit, 120km waarvan 70km klimmen over 3 Cols.

8u30, vertrek vanuit Biasca, 41km klimmen. In de eerste 22km overbruggen we maar 600 hoogtemeters, onze route gaat in noordelijke richting, op en neer, het is moeilijk om het goede ritme te vinden. De eerste 10kms zijn bijna vlak, vijf kilometer neem ik voor mijn rekening, wind op kop, blijkbaar is het hier  ’s morgens steeds noorderwind, dan duwt Hugo het gaspedaal in, de snelheid gaat de hoogte in maar onze fotografen van dienst waren nog niet opgewarmd, sorry Hugo.

Als de echte klim begint neemt hij gas terug. Luc en ikzelf fietsen samen tot top.

Top passo del Lucomango, 1920m, 2u35, gemiddelde: 15,4km/u en al 41km.

De negatieve kritiek dat deze col krijgt is onterecht, enige minpunt, veel rechte stukken, weinig haardspeldbochten. In de afdaling naar Disentis, Muster rijden we eerst voorbij de stuwdam, Lai da Sontga Maria, dan volgen enkele zachte bochten en op het laatste van de afdaling fietsen we door vele tunnels, galerieën met watervallen en grote kloven, prachtig.

Vanuit Disentis volgt de volgende col, 20km, Oberalpass, 2044m.

Na 70km, 13u, 12km voor top, Sedrun, houden we halt voor de lunchpauze.

4km vals plat, dan wordt het als maar steiler, tot 9%. We hebben er op geroepen, zon, zon, maar 26 graden op 2050m is voor het klimmen iets te veel van het goede!

Dan volgt de mooie afdaling tot Andermatt, leuk gezellig stadje, we hebben geen tijd voor een korte visite maar gelukkig loopt onze route pal door het centrum zodat we toch een eerste indruk meepikken, om terug te komen.

Nog 9km, St. Gotthardpass, 2108m, op 2km van de top slaan we rechtsaf, de oude route op, kasseien. Na goed 100m draai ik terug en volg ik de geasfalteerde baan. Dirk, Luc en Hugo blijven de kasseien volgen.

Stop in de afdaling van de Gotthardpass na 3km, mooi uitzicht op de vallei van Airolo maar dan… volgt een steile afdaling en Dirk en ikzelf hebben wat voorsprong op onze kompanen, aan de afslag richting Airolo stoppen we en zwaaien naar Hugo en Luc, Hugo vertraagt niet en fiets rechtdoor, hij fiets nog een ommetje van 10km en 200 hoogtemeters.

Afstand: 120km, gemiddelde: 18,80km/u, tijd: 6u18, hoogtemeters: 3280m.

 

Dag 6: Chiavenna – Biasca. 132km.

Woensdag, 25 juli 2012.

Vertrek: 8u30, één kilometer, meer krijgen we niet, om in te fietsen, start Passo dello Spluga, 31km. Onze groep valt dadelijk uiteen, eerste kilometers zijn stevig, 7%. Dirk heeft iets langer nodig om het goede ritme te vinden maar na 3km op de klim fietst hij het 100m gaatje dicht en rijden we samen tot de top.

Vanaf ons hotel is het 32,5km tot de top, we halen een gemiddelde van 13,2km/u en overbruggen hetzelfde hoogteverschil als de Stelvio, bijna 1800 hoogtemeters, de Passo dello Spluga is wel maar 2113m maar we zijn vertrokken op 325m. Prachtige col, vele tornante’s maar ook wel met gevaarlijke onverlichte tunnels. Een col die, qua inspanning, qua vergezichten en het speciale baantraject, zeker in het geheugen zal blijven zitten!

Tijdens de beklimming rijdt Luc lek, juist nadat hij zijn fietstas met reserve bandjes aan Vincent heeft afgegeven.Gelukkig waren Hugo en Vincent met de auto nog achter.

De afdaling, terug Zwitserland, van de Passo dello Spluga is eveneens spectaculair met zijn vele haarspeldbochten.Door werken moet er wel enkele malen aan cyclocross  gedaan worden. Dirk zal later op de dag, waarschijnlijk hierdoor, ook een platte tube hebben.

In Splugen gaan we westelijk, richting de Passo Del San Bernardino. We fietsen parallel met de autostrade, het stoort helemaal niet, de vallei, de dorpen, alles is zeer mooi. Ik weet het, ik val in herhaling maar de natuur is gewoon schitterend, het is dan ook de eerste maal dat ik op deze mannier kennis maak met Zwitserland.

Wanneer de autostrade in de berg, San Bernardino, verdwijnt gaan wij voor 6km klimmen tot de top, 2065m. Boven aangekomen dreigen zwarte wolken, we beslissen dadelijk de afdaling in te zetten maar desondanks krijgen we regen. 30km verder is het 30° en liggen de banen droog.

14u15: In Cama, we moeten dan nog 30km, houden we onze lunchpauze, verse pasta met fungi.

We bereiken Biasca om 16u45.

Afstand: 129km, tijd: 6u08, gemiddelde: 21km/u, hoogtemeters: 2650m.